De stedenbouwkundig wederrechtelijke constructie op andermans grond. De onroerende natrekking, de overbouw ofte grensoverschrijding en de kostenleer

In deze publicatie behandel ik de overlap tussen het ruimtelijke-ordeningsrecht en het goederenrecht. In sommige gevallen is een constructie zowel civielrechtelijk als ruimtelijke-ordeningsrechtelijk wederrechtelijk. Voor het ruimtelijke-ordeningsrecht maakt de civielrechtelijke wederrechtelijkheid weinig uit, maar omgekeerd is er wel een impact mogelijk. De eigenaar van de grond waarop de wederrechtelijke constructie is opgericht, kan namelijk een vergoeding verschuldigd zijn aan de bouwer. De vraag rijst dan in welke mate rekening gehouden kan worden met de ruimtelijke-ordeningsrechtelijke wederrechtelijkheid, in het bijzonder om de vergoeding te verminderen. Dit wordt onderzocht voor de onroerende natrekking, de grensoverschrijding en de kostenleer, naar oud en naar nieuw goederenrecht.