Vanaf de opkomst van de landbouw tot het Romeinse tijdperk was crematie een van de belangrijkste begrafenispraktijken in Noord-Europa, waaronder België. Vanwege de hoge temperaturen tijdens crematie werd aangenomen dat alle chronologische en biologische informatie aanwezig in bot was vernietigd. Recent werk heeft aangetoond dat dit niet het geval is en dat gecremeerd bot koolstofgedateerd en gebruikt kan worden om te kijken naar mobiliteit en migratie van populaties, landschapsgebruik en begrafenispraktijken in het verleden. Dit project stelt voor om de studie van gecremeerd bot uit archeologische contexten een stap verder te brengen door nieuwe analytische hulpmiddelen te ontwikkelen.
Deze nieuwe ontwikkelingen richten zich op isotopensystemen met calcium, koper en zink om de mogelijkheid te onderzoeken om voedingsinformatie van gecremeerd bot te extraheren. Een grote uitdaging is om een extractieprocedure op te zetten waarmee twee of meer elementen voor isotoopanalyses kunnen worden geïsoleerd uit een enkel monster om de schade aan kostbare archeologische menselijke resten te beperken. Een gecombineerde infrarood- en röntgenfluorescentie 2D-mappingmethode zal ook worden ontwikkeld om ruimtelijke variaties in structuur en elementaire samenstelling van gecremeerd bot te observeren. Deze methoden zullen worden toegepast op gecremeerd bot maar zullen ook rechtstreeks van toepassing zijn op paleontologische monsters, waaronder de Belgische Bernissart Iguanodons. De resultaten zullen ook toepassingen hebben in moderne ecologie en milieuvervuiling, evenals forensische wetenschap, waar onderzoekers vaak worden geconfronteerd met slachtoffers van brand.