Het Vlaams Academisch Centrum (VLAC) kende aan Heidy Margrit Müller en Kamal Kolo (Vakgroep Taal- en Letterkunde, Vrije Universiteit Brussel) een onderzoeksproject toe over Language, Alienation and Hybrid Identity in the Literary Works of Exiled Iraqi-Jewish Authors. Als buitenlandse collega is Prof. Anat Feinberg (Hochschule für Jüdische Studien, Heidelberg) bij het project betrokken. Het onderzoek zal leiden tot publicaties over de literaire werken van auteurs van Iraaks-Joodse afkomst die in de diaspora leven (o.m. Samir Naqqash, Sami Michael, Eli Amir, Shimon Ballas, Naim Kattan, Mona Yahia en Nissim Rejwan).
De Joodse gemeenschap was sinds de Oudheid - sinds de Babylonische ballingschap - in Mesopotamië ingeburgerd. In de eerste helft van de twintigste eeuw hebben schrijvers van Joodse afkomst een belangrijke bijdrage geleverd tot de Iraakse literatuur en cultuur. In de periode van 1947 tot 1973 heeft echter bijna de hele Joodse bevolking van Irak (meer dan 120.000 mensen) het land (moeten) verlaten.
De romans en verhalen van de auteurs die in hun kindertijd of jeugdjaren uit Irak moesten vluchten, thematiseren zeer genuanceerd enerzijds het leven in de tijd van voor de vervolging en de vlucht, anderzijds de problemen van de immigratie en van het leven als Arabischtalige joden in Israël of in de Westerse wereld, verscheurd tussen culturen die elkaar als vijandig beschouwen.