Het doel van dit onderzoek is het beter begrijpen van de mechanismen die ten grondslag liggen aan de veranderingen van congruentie-effecten in functie van de voorafgaande stimuli. In verschillende experimenten op onze dienst (Notebaert, Soetens & Melis, 2001; Notebaert & Soetens, 2003) en op andere laboratoria (Morein-Zamir, Henik & Spitzer-Davidson, 2002) werd vastgesteld dat klassieke congruentie-effecten, zoals Simon-effect, het Stroop-effect en het flanker-effect, verdwenen en substantieel kleiner werden als bij opeenvolgende stimulusaanbiedingen en de irrelevante stimulusinformatie herhaald werd. Verschillende hypotheses werden voorgesteld om dit te verklaren, zoals de sustained-suppression en de attention-shift hypothese. De sustained-suppression hypothese veronderstelt dat de irrelevante informatie tijdens een aanbieding onderdrukt wordt. Indien de irrelevante informatie herhaald wordt, zou deze informatie nog steeds (gedeeltelijk) onderdrukt zijn, en bijgevolg geen of een kleiner congruentie-effect veroorzaken. De attention-shift hypothese neemt aan dat herhaalde irrelevante informatie minder aandacht naar zich toe zou trekken, en dus minder zou interfereren. In dit onderzoek willen we beide algemene hypotheses, die over de verschillende taken en stimulussoorten zouden gelden testen. Hiermee trachten we een bijdrage te leveren in de zoektocht naar de mechanismen waarover het brein beschikt om conflictsituaties op te lossen.