In dit strategisch onderzoeksprogramma zal onderzocht worden hoe criminologie zich verhoudt tegenover personen die omschreven worden als de ‘ander’: waaronder machtelozen, armen, en verschillende minderheidsgroepen op basis van, onder meer, etniciteit en gender. Eveneens zal worden gereflecteerd over hoe deze ‘anderen’ worden gecriminaliseerd en hoe vooroordelen en onrechtvaardigheid aanwezig zijn in de criminologische en juridische keten, en in politieke en publieke debatten. Concreet zullen deze thema’s in vier domeinen onderzocht worden: politiestudies, penologie, stedelijke criminologie en beleidsstudies. Het onderzoeksproject zal focussen op twee hoofdonderzoeksvragen:
1) Hoe worden groepen en individuen (zoals stedelijke jeugd, migranten, gedetineerden,
vrouwen) ‘othered’ (buiten de gemeenschap geplaatst) door machtige instituties (overheid, media, politie, gevangenissen, rechtbanken)?
2) Hoe is de studie van deze praktijken van ‘othering’ vatbaar voor de reproductie van
‘othering’, met andere woorden, wat zijn de methodologische en ethische consequenties voor het voeren van gedegen onderzoek omtrent ‘othering’?
Dit alles past binnen bredere, huidige, internationale debatten die ook de langdurige focus zijn van de CRiS onderzoeksgroep. Op vlak van methodologie, zal gebruik gemaakt worden van onze extensieve ervaring in empirische studies en zal geïnvesteerd worden in benaderingen die focussen op kleinschalige kwalitatieve analyses.