Welke toekomst voor de waterstofeconomie?

  • Sergeant, Nele (Medewerker)
  • Van Mierlo, Joeri (Administrative Promotor)
  • Matheys, Julien (Medewerker)
  • Wynen, Vincent (Medewerker)

Projectdetails

!!Description

Voorstanders vinden waterstof gewoon inzetbaar voor bijna alle toepassingen, tegenstanders werpen op dat de energiedrager waterstof steeds met behulp van andere energiebronnen wordt aangemaakt. Intussen is waterstof nu reeds inzetbaar in allerlei niches. Welke verwachtingen zou de energiedrager waterstof kunnen waarmaken binnen een toekomstig energiesysteem? Welke energiebronnen zijn hiervoor beschikbaar? Aan welke drempelwaarde inzake milieu-impact en qua uitstoot van broeikasgassen wordt er voldaan?



De uitgangssituatie van dit kortlopend project is de stand van de technologische ontwikkeling, rekening houdend met de grote diversiteit qua productie en opslag, distributie en transport, aanwending en verdeelnet, en het maatschappelijk draagvlak. Maatschappelijk bestaat er nogal wat weerstand tegenover de introductie van waterstof. Volstaat het om die bezwaren terug te brengen tot een onzekerheid inzake veiligheidsrisicos?



Intussen staat waterstof niet alleen met een claim als toeleverancier van de toekomstige economie, hoe verhoudt zich die optie t.a.v. de even grote ambities van de sector van de biobrandstoffen? Waarop baseren zich beide claims? Wordt het of/of dan wel en/en, tenzij ...?

Is het vermoeden gegrond dat hierbij sprake is van een doordenken binnen de klassieke denklijnen, namelijk een aanbod gedreven economie met gecentraliseerde energie-voorzieningen, weliswaar met een andere invulling? Op welke manier wordt bij het voldoen van de energiebehoeften van de toekomstige samenleving de trias energetica gerespecteerd. Wordt hierbij voldoende rekening gehouden met de stijgende trend naar decentralisatie?



De rol van waterstof binnen een toekomstig energiesysteem is dus nog steeds onbeslist.

De strekking pro zet onvoorwaardelijk in op waterstof, aangezien deze energiedrager inzetbaar is voor transportdoeleinden en voor stationaire toepassingen, voor elektriciteits-opwekking en als opslagmedium. Kortom, hun advies luidt: stroomlijn onmiddellijk alle inspanningen inzake onderzoek, ontwikkeling en demonstratie opdat waterstof dé energiedrager van de toekomstige economie kan worden.

De strekking contra werpt op dat waterstof slechts een vector is die steeds met behulp van andere energiebronnen moet worden aangemaakt. Hun voorbehoud wordt ook gedragen door de vrees voor een technologische lock-in. Resoluut kiezen voor een forse inbreng van een bepaalde energiedrager kan een hinderpaal vormen voor de optie om een mix van beperkte deeloplossingen na te streven, om aldus de kwetsbaarheid door falen te beperken.



Uiteraard is en blijft waterstof inzetbaar in niches. In de zienswijze van de pragmatici is een stapsgewijze introductie via het betreden van opeenvolgende nichemarkten de aangewezen strategie. Bestaat er een bovengrens, een drempelwaarde van wat een energiesysteem aankan?

Nu reeds staat het nut als tussentijds opslagmiddel buiten kijf. Misschien hebben pragmatici een oplossing in petto inzake de problematiek eigen aan de introductie van een fluctuerende energiebronnen. Aldus wordt een combinatie van electrolyse met brandstofcel inzetbaar om fluctuaties uit te milderen bij het aanwenden van grootschalige hernieuwbare bronnen.



Welke hiaten moeten dan nog worden gedicht. En wat komt er eerst aan bod?

Er blijft nog een belangrijk vraagstuk inzake de onderlinge afstemming tussen vraag en aanbod. Intussen wachten de aanbieders met hun ontwikkelingen op een voldoende afzetmarkt terwijl de vraag uitblijft in afwezigheid van een volwaardig aanbod. Maar wie is er aan zet en via welke aanpak kan deze patstelling worden doorbroken?



De forse nadruk op meer onderzoek naar waterstoftechnologie is voelbaar. Een grootschalige introductie van waterstof als energiedrager binnen het energiesysteem realiseren vergt een heel specifieke dynamiek. Weinig kans dat dit spontaan tot een goed resultaat zal komen, dus is er nood aan sturing.

Is het wachten op beleidsinitiatieven? Maar hoe? of wat? of hoeveel? hoelang? of net niet(s)?.



Dit verkennend onderzoek brengt de algemene tendensen binnen het domein van de waterstoftechnologie in kaart. Hierbij ligt de nadruk op de relevantie voor beleidsmakers, met bijzondere aandacht voor het Vlaamse niveau.



Naast de bundeling van actuele en relevante informatie, omvat deze onderzoeksopdracht ook een bevraging van experts en stakeholders naar de mogelijkheden, moeilijkheden, gevaren en opportuniteiten bij de aanwending van waterstof in een toekomstig energiesysteem.



Met dit onderzoek wil viWTA het Vlaams Parlement informeren over de maatschappelijke impact en discussiepunten van deze ontwikkelingen. Alle resultaten worden gebundeld in een dossier. Tijdens een middagdebat in één van de zalen van het Vlaams Parlement worden de resultaten van de bevraging voorgesteld. Maatschappelijk interessante discussiepunten en beleidsrelevante themas worden becommentarieerd en bediscussieerd door een expertpanel en het publiek.







AcroniemVLW109
StatusGeëindigd
Effectieve start/einddatum13/09/0712/09/08

Keywords

  • maatschappij
  • waterstof
  • energie

Flemish discipline codes in use since 2023

  • Mechanical and manufacturing engineering
  • Electrical and electronic engineering
  • (Bio)chemical engineering

Vingerafdruk

Verken de onderzoeksgebieden die bij dit project aan de orde zijn gekomen. Deze labels worden gegenereerd op basis van de onderliggende prijzen/beurzen. Samen vormen ze een unieke vingerafdruk.