Samenvatting
Een centrale conclusie m.b.t. het stimuleren van participatie aan vrijwilligerswerk op latere leeftijd is dat men rekening dient te houden met de grote diversiteit binnen de groep van ouderen, niet alleen op vlak van socio-demografische kenmerken, maar ook op vlak van (financiële) mogelijkheden, interesses en behoeften. Ouderen worden nog al te vaak als een homogene populatie gezien. Men schrijft uniforme kenmerken toe aan ouderen, hoewel deze leeftijdsgroep uit verschillende generaties bestaat en de verschillen, ook binnen deze generaties, bijzonder groot zijn (Verté e.a., 2007). Om de participatie aan vrijwilligerswerk te stimuleren dient men er dan ook voor te zorgen dat er verschillende rollen kunnen worden opgenomen, die aansluiten bij de behoeftes, zingeving en mogelijkheden van individuen. Een differentiële gerontologie beschouwt dan ook die verschillende doelgroepen binnen de ouderenpopulatie en heeft ook aandacht voor processen van cumulatieve achterstelling waar een aanzienlijk deel van de populatie mee te maken krijgt. Een voorbeeld van de differentiële gerontologie is de kritische gerontologie (Baars e.a. 2006). Deze bestudeert de ouderdom vooral vanuit de maatschappelijk-structurele tegenstellingen en probeert verklaringen te vinden voor de achtergestelde positie van ouderen en de manier waarop daartegen ingegaan kan worden. Het benaderen van ouderen als volwaardige burgers en bijgevolg als potentiële actieve burgers die een rol opnemen in de constructie van de samenleving is hierbij een voorwaarde.
Ouderen dienen bijgevolg ook gestimuleerd te worden om, indien zij dit wensen, van een eerder passieve naar een actieve participatie te evolueren. Daarbij is het noodzakelijk dat de samenleving ook het debat aangaat omtrent de positie van ouderen in de maatschappij en welke formele rollen hen kunnen toebedeeld worden, en dit niet enkel gericht op hun potentieel economische bijdrage, maar evenzeer gericht op hun potentiële bijdrage voor het versterken van het lokale draagvlak en de verbinding tussen mensen en generaties.
Ouderen dienen bijgevolg ook gestimuleerd te worden om, indien zij dit wensen, van een eerder passieve naar een actieve participatie te evolueren. Daarbij is het noodzakelijk dat de samenleving ook het debat aangaat omtrent de positie van ouderen in de maatschappij en welke formele rollen hen kunnen toebedeeld worden, en dit niet enkel gericht op hun potentieel economische bijdrage, maar evenzeer gericht op hun potentiële bijdrage voor het versterken van het lokale draagvlak en de verbinding tussen mensen en generaties.
Originele taal-2 | Dutch |
---|---|
Titel | Chinese vrijwilligers? Over de driehoeksverhouding tussen vrijwilligerswerk, activering en arbeidsmarkt. |
Redacteuren | Eva Hambach, Lesley Hustinx, Guy Redig |
Uitgeverij | Politeia |
Pagina's | 183-210 |
Aantal pagina's | 28 |
ISBN van geprinte versie | 978-2-509-00757-5 |
Status | Published - 2010 |
Bibliografische nota
Eva Hambach, Lesley Hustinx, Guy RedigKeywords
- Ouderen
- vrijwilligerswerk