Euthanasie bij psychisch ondraaglijk lijden. Attitude, rol en competenties van klinisch psychologen in Vlaanderen omtrent euthanasie omwille van psychisch ondraaglijk lijden.

Scriptie/Masterproef: Master's Thesis

Samenvatting

Achtergrond – Sinds de invoering van de euthanasiewet in België in 2002,
kunnen wilsbekwame meerderjarigen in een medisch uitzichtloze situatie, die
lijden aan aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden, een verzoek om
euthanasie indienen. Psychologen bieden een ondersteunende rol binnen de
multidisciplinaire samenwerking, waarbij zij betrokken kunnen worden bij de
beoordeling van het psychisch lijden, de inschatting van wilsbekwaamheid, en het
bieden van psychosociale begeleiding in het kader van euthanasieverzoeken.

Doelstelling – Deze studie heeft als doel inzicht te verkrijgen in de attitude, rol
en competenties van klinisch psychologen in Vlaanderen met betrekking tot
euthanasie omwille van psychisch ondraaglijk lijden (UMS-euthanasie).

Onderzoeksvraag - Wat zijn de attitude, rol en competenties van klinisch
psychologen met betrekking tot UMS-euthanasie?

Methode – Deze cross-sectionele kwantitatieve studie maakt gebruik van een
online vragenlijst gericht aan klinisch psychologen in Vlaanderen. De vragenlijst
bestaat uit twee delen. Het eerste deel onderzoekt de attitude ten aanzien van
UMS-euthanasie, met vier hoofdthema's: "ethische overwegingen", "praktische
overtuigingen", "het koesteren van het leven" en "naturalistische overtuigingen".
Het tweede deel richt zich op rol en competenties, aan de hand van 14 vragen.
De gegevens werden verzameld via Qualtrics en geanalyseerd met IBM SPSS
Statistics 29. De studie kreeg goedkeuring van de Commissie Medische Ethiek van
het UZ Brussel.

Resultaten – Aan het onderzoek namen 242 participanten (N=242) deel, waaruit
blijkt dat klinisch psychologen over het algemeen een positieve houding hebben
ten aanzien van UMS-euthanasie. Er worden geen significante verschillen
vastgesteld op basis van demografische kenmerken zoals leeftijd, geslacht,
werksetting of eerdere betrokkenheid bij euthanasie. Psychologen beschouwen
hun rol als essentieel in de besluitvorming, het verkennen van alternatieven en
de nazorg voor familieleden, hoewel de meningen verdeeld zijn over de
aanwezigheid tijdens de effectieve uitvoering van euthanasie. Andere bevindingen
zijn dat bij ethische kwesties de taak moet kunnen worden doorgegeven aan een
collega en dat er behoefte is aan multidisciplinaire samenwerking. De kennis en
vaardigheden rond UMS-euthanasie zijn beperkt, vooral door een gebrek aan
opleiding. Psychologen die werkzaam zijn op een hoger niveau in de
gezondheidszorg (derdelijnspsycholoog), in palliatieve teams, of eerder betrokken waren bij euthanasie, geven aan over meer kennis en vaardigheden te beschikken in vergelijking met degenen die dat niet zijn. Dit verschil is significant. Leeftijd heeft geen significante invloed op kennis en vaardigheden.

Discussie - Klinisch psychologen hebben een positieve houding ten opzichte van
UMS-euthanasie. Ze zijn van mening dat het recht op zelfbeschikking moet
worden ondersteund en dat UMS-euthanasie onder de juiste omstandigheden mag worden toegepast. Desondanks wordt er een onderscheid gemaakt tussen
minderjarige en meerderjarige patiënten in dit proces. Psychologen zien een
belangrijke rol voor zichzelf in de besluitvorming en in het ondersteunen van de
patiënt en diens familie. Echter, de meningen zijn verdeeld over de effectieve
aanwezigheid tijdens de uitvoering van euthanasie. Ondanks de steun voor de
maatschappelijke aanvaardbaarheid van UMS-euthanasie, is er een tekort aan
kennis, vaardigheden en opleiding over dit maatschappelijk thema.

Conclusie – Klinisch psychologen in Vlaanderen hebben een positieve attitude
ten aanzien van UMS-euthanasie, echter ontbreekt het aan kennis, vaardigheden
en beperkt aanbod tijdens de opleiding tot klinisch psycholoog.

Beleidsaanbevelingen omvatten het definiëren van de rol van psychologen,
ontwikkeling van wettelijke richtlijnen, en uitbreiding van opleiding en training om de integratie en kwaliteit van zorg te verbeteren.
Datum prijs6 sep 2024
Originele taalDutch
BegeleiderJoachim Cohen (Jury), Joren Bosmans (Jury), Johan Bilsen (Promotor) & Dennis Demedts (Co-promotor)

Citeer dit

'